Hendrik Boomstam
|
|
« Gepost op: 14 Juli, 2005 20:27:21 » |
|
Reďntegratiefabriek ‘El Cheapo
Gestart door: yazzy op 09-03-2005 om 21:51
Reďntegratiefabriek ‘El Cheapo: de korstste weg naar werk!’
’El Cheapo’ is steenkolen-Spaans voor ‘de goedkope’. Hieronder vertelt oprichter en eigenaar Escobar hoe hij zijn ‘reďntegratiefabriek’ succesvol heeft opgezet. Zijn aanpak is door velen gekopieerd!
‘Mijn naam is Pablo Escobar, vijftig jaar, en vijf jaar geleden heb ik het reďntegratiebedrijf El Cheapo opgericht.
Onze slogan was: "El Cheapo: de kortste weg naar werk!"
Ik vertel onderstaand verhaal openhartig; ik heb er geen belang meer bij de waarheid achter te houden, ik heb mijn bedrijf inmiddels namelijk verkocht en geniet op een fraaie hacienda van mijn vele miljoenen. Ik zal u vertellen hoe ik rijk geworden ben!
In 1999 kreeg ik door dat reďntegratie big business ging worden. Er was een tekort aan werkkrachten, een teveel aan WAO’ers in Nederland en de Nederlandse beleidsmakers leken in de toekomst bereid vele miljarden te pompen in reďntegratie, met andere woorden: mensen aan een baan helpen. Als zakenman wist ik dat dit een trend was en ik winst kon maken door zoveel mogelijk geld voor mijn diensten te vragen en vervolgens zo min mogelijk kosten te maken bij de uitvoering.
Het prettige voor mij was dat ik geld ontving van de overheid voor reďntegratie, maar dat onnozele burgers mijn klanten waren. Hoe ik dat bereikte? Ik deed mee op grote aanbestedingen, waarbij ‘kavels’ van bijvoorbeeld vijfduizend WW’ers door de overheid werden aangeboden.
Ik had zo mijn contacten in die wereld, wist wat concurrenten boden, ik fęteerde een paar ambtenaren en won veel aanbestedingen.
Mijn verleden in de bouwwereld kwam mij goed van pas! Voor een kavel van vijfduizend WW’ers ontving ik al snel vijfduizend euro per WW’er, dus in totaal leverde zo’n kavel mij vijfentwintig miljoen euro omzet op. Vervolgens ging het erom zo min mogelijk kosten te maken.
Natuurlijk moesten de WW’ers wel op komen draven voor de reďntegratie, anders ontving ik die vijfduizend euro per cliënt niet. De mij toegekende werklozen stuurde ik brieven waarin ik ze sommeerde op een tijdstip dat mij uitkwam langs te komen voor een intakegesprek.
Om ervoor te zorgen dat ze op kwamen draven, zette ik in de brief: ‘Niet verschijnen bij de afspraak kan consequenties hebben voor uw uitkering.’ Dat deed wonderen! Natuurlijk heb ik niet de bevoegdheid om een uitkering te korten, maar één telefoontje van mij naar het UWV zou genoeg zijn om het een WW’er die niet op kwam draven moeilijk te maken. Het UWV dreigde dan met korting op de uitkering en daarvoor scheten de meeste WW’ers in hun broek van angst (excuses voor mijn platte taalgebruik, ik ben in een achterbuurt opgegroeid).
Bij de intake vertelden we de uitkeringstrekkers wat hun plichten waren. We gaven hun diverse formulieren te ondertekenen, evenals geheimhoudingsverklaringen, zodat zij nooit naar buiten zouden durven brengen wat ze bij ons meemaakten.
Na een paar weken had ik altijd genoeg uitkeringstrekkers om er een klasje van te vormen van vijftien of twintig personen. Het klasje duurde bijvoorbeeld vijf dagen achter elkaar, of een ochtend per week gedurende een paar maanden. Ik vertelde de mensen dat het goed zou zijn elkaar te ontmoeten. Wat de mensen aan elkaar hadden kon me niet schelen, maar één trainer zetten voor een klasje van twintig bespaarde mij het twintigvoudige in de kosten! Vaak noemde ik het onderdeel groepssessies iets van ‘programma JOBS’ of een andere, bij UWV goed klinkende naam. Na deze groepssessies kreeg iedereen een dag sollicitatietraining: hoe een brief en CV te schrijven.
Wederom in klasjes van twintig mensen. Het UWV vond het altijd prettig dat ik iets van ‘Sollicitatietraining’ in de offertes zette.
Vervolgens liet ik de mensen graag aan hun lot over. Als ze er erg op aandrongen, konden ze een apart gesprekje krijgen met een consulent.
Verder vertelde ik ze dat ze ‘klaar waren om het zelf te doen’.
Zeker tegen hoger opgeleiden zeiden wij dat ze ‘het zelf moesten kunnen’. Ik zette de nodige pc’s neer met internetverbinding, en ze waren altijd welkom bij ons om op internet te zoeken naar vacatures.
Dat kwam lekker gastvrij over.
Af en toe zat er onder de uitkeringstrekkers een brutale hond die durfde te vragen om een opleiding bij een opleidingsinstituut. Natuurlijk zeiden wij dat dit niet mocht van het UWV en daarmee was de kous meestal af. Begon de persoon nog verder aan te dringen, dan dreigden wij met korting op de uitkering, of boden onze eigen interne opleidingen aan. Deze opleidingen prijsden wij richting UWV voor een veel hoger bedrag dan de daadwerkelijke kosten, zo maakten we daar ook nog wat winst op.
Als iemand toevallig een baan vond, dan meldden we dat snel richting UWV en kregen we voor die persoon een bonus van een paar duizend euro, al had die persoon helemaal zelf de baan gevonden.
We zeiden dan dat we de persoon ‘geplaatst’ hadden. Uiteraard nam ik – ook voor de functies van begeleider of werkadviseur – zo goedkoop mogelijk personeel aan. Meestal op mbo-niveau, tussen de vijfentwintig en dertig jaar, die wilden nog hard voor me lopen.
Ik zal u nu eens voorrekenen hoe ik rijk werd. Neem een klasje van twintig personen. Van het UWV krijg ik hier 20 maal 5.000 is 100.000 euro voor.
Een mbo-consulent tussen de 25 en 30 jaar kost me als ondernemer ongeveer 150 euro per werkdag, inclusief alle premies (afgerond 20 euro per uur). Voor een werkruimte (gehuurd) betaalde ik ongeveer 2 euro per vierkante meter per dag. Voor een klasje van 20 is een ruimte van 40 vierkante meter voldoende.
De kosten voor 20 mensen bedroegen dus:
• 5 dagen ‘JOBS’ of vergelijkbaar programma: 5 maal 150 euro per dag voor de consulent is 750 euro; • 5 dagen een ruimte van 40 vierkante meter is 400 euro.
Daarnaast drong elke WW’er gemiddeld aan op 5 vervolggesprekken van 1 uur, dus voor 20 mensen is dat 5 maal 20 is 100 euro. Voor 20 WW’ers dus 2.000 euro aan consulent-vervolggesprekken.
Voeg hieraan toe de kosten voor spreekruimte (10 vierkante meter) voor deze gesprekken: 20 mensen maal 5 uur per persoon maal 10 vierkante meter maal 2 euro per vierkante meter per dag maal 4 uur/dag is 500 euro aan ruimtekosten voor vervolggesprekken.
De pc-kosten zijn heel laag: een pc kost mij per jaar inclusief afschrijving ongeveer 300 euro, en hier maken gemiddeld per jaar 50 mensen gebruik van. Dus voor een klasje van 20 personen heb ik per jaar 300/50 maal 20 euro = 120 euro aan pc-kosten.
Hoe ziet mijn verlies- en winstrekening er dus uit voor een klasje van twintig mensen?
Inkomsten
• 20 maal 5.000 euro = 100.000 euro Uitgaven • programma JOBS (5 dagen): 750 euro voor de consulent • programma JOBS (5 dagen): 400 euro voor de ruimte • gemiddeld 5 vervolggesprekken per WW’er: voor 20: 2.000 euro aan kosten consulent • gemiddeld 5 vervolggesprekken per WW’er: voor 20: 2.000 euro aan kosten voor de ruimte • pc-kosten met internetaansluiting: 120 euro.
Totale uitgaven voor twintig WW’ers in reďntegratie: 3.770 euro, vooruit, rond af naar 5.000 euro.
Dat betekent dus dat ik op een groep van 20 WW’ers met deze aanpak 100.000 euro vang en slechts 5.000 euro aan kosten maak. Ik houd dus van de 100.000 euro 95.000 euro over! Zeer belangrijk is het om het aantal individuele sessies zo laag mogelijk te houden. U kunt bij mijn uitgavenstaatje zien dat individuele sessies, ook al zijn het er maar 5 per WW’er, de grootste kostenpost vormen, zowel qua consulent-kosten als qua ruimtegebruik!
U begrijpt dat het een ongekend lucratieve business is. Uiteraard, uit die 95.000 euro moet ik een receptioniste betalen, iemand die de offertes schrijft, en de contributie aan de branchevereniging Borea.
Ik betaal ze ook goed voor een ‘keurmerk’ dat richting UWV garandeert dat mijn procedures ook goed staan beschreven.Waar elders is het mogelijk om 95 procent van de omzet zelf te mogen houden?
En in werkelijkheid had ik 5.000 WW’ers, dat zijn 250 klasjes van 20, dus het is duidelijk dat ik door het winnen van een aanbesteding van 5.000 WW’ers een omzet van circa 25 miljoen euro maak en daar bijna 24 miljoen euro marge aan overhoud.
Het resultaat
Met dit fantastische bedrag kon ik al snel overal in den lande vestigingen openen. Die huurde ik natuurlijk, want ik ga zo min mogelijk voorinvesteren, en de consulenten nam ik aan op contracten voor 6 maanden of hoogstens een jaar. Ook hier geldt: zo min mogelijk voorinvesteren. Daarmee kreeg ik landelijke dekking, noodzakelijk om grote aanbestedingen te winnen. Vervolgens hebben wij met een paar andere grote bureaus van de branchevereniging Borea het UWV zodanig bewerkt dat de aanbestedingen hoog bleven. Kleintjes en nieuwkomers werden aldus van aanbestedingen uitgesloten. De minister en het UWV verkochten dit aan de buitenwereld door te zeggen dat de markt transparant moest zijn, waarmee zij bedoelden: slechts een paar grote spelers overhouden. Het gebrek aan kwaliteit hadden wij goed afgeschermd door onder de naam Borea ook een keurmerk te formuleren dat de procedure keurig waarborgt, maar niets zegt over de kwaliteit van de geboden diensten, laat staan over het resultaat. Uiteraard mochten in het bestuur van stichting Borea keurmerk alleen bestuursleden zitten van branchevereniging Borea, en daar hadden leden een stem pro rato van hun omzet, dus u begrijpt hoe grote jongens als El Cheapo hun macht hielden. U begrijpt nu hoe ik in een paar jaar tijd 100 miljoen euro heb verdiend!!!
Hoe ik er achteraf tegenover sta? Aan de ene kant heb ik absoluut geen spijt. Ik ben er multimiljonair van geworden en ik ben trots op mijn ondernemingsgeest. Aan de andere kant, toen ik 100 miljoen bij elkaar had verdiend, kreeg ik er een beetje genoeg van. Ziet u, het is altijd hetzelfde spelletje. En het spelletje kan nog jaren voortduren!
Want minister De Geus en andere politici hebben er alle baat bij onder het tapijt te schoffelen dat er een tekort is aan werkgelegenheid.
Tot vervelens toe blijven zij herhalen dat iedereen die kan werken, ook aan het werk moet en dat het erg belangrijk is dat mensen aan een baan worden geholpen. Minister De Geus blijft bij onze branchevereniging Borea persoonlijk ‘keurmerkcertificaten’ uitreiken, terwijl hij elk contact met de andere brancheorganisatie, De Bestemming, waarin kleinere en meer kwalitatief georiënteerde bureaus zijn verenigd, weigert. De plaatsingsresultaten van El Cheapo en verDeel gelijkbare bedrijven zijn 36 procent, wat betekent dat 36 procent binnen 2 jaar tijd een baan vindt. Dit is nauwelijks beter dan het toeval, want in de 20 jaar ervoor, toen de hype reďntegratie niet bestond, vond gemiddeld 34 procent een baan. Dit blijkt uit het onderzoeksrapport.
‘De uitkering van de baan’ van het Sociaal Cultureel Planbureau.
Als er al een slimme journalist is die hierop wijst, dan fęteren wij Jet Bussemaker van de PvdA en enkele andere kamerleden om vooral te benadrukken dat reďntegratie nog een jonge branche is.
En daarmee zijn alle fouten vergeven.
Af en toe heb ik nu last van nachtmerries. Mijn geweten zegt mij dat ik veel goedgelovige werkzoekenden die aan het einde van hun Latijn waren, in de steek heb gelaten om mijzelf te verrijken. Ik kan het verleden niet terugdraaien. Het geld dat ik verdiend heb, wil ik ook niet weggeven, maar iets in mij zei dat ik mijn verhaal moest opschrijven.
Veel andere grote bedrijven van dezelfde branchevereniging Borea zullen mij kwalijk nemen dat ik dit opschrijf en mij bedreigen.
Maar mijn adres is zeer goed geheim gehouden! Toch, eerlijk is eerlijk: mensen, ga niet naar een grote reďntegratiefabriek zoals toentertijd mijn El Cheapo. Kom voor jezelf op, dring aan op een reďntegratietraject met minstens 20 individuele sessies, met iemand van hbo- of universitair niveau met veel levenservaring. Laat de broekjes van 25 tot 30 jaar maar intercedent spelen bij een uitzendbureau.
U verdient betere begeleiding!’
Met oprechte groet, Pablo Escobar
Honderdvoudig miljonair geworden met ‘reďntegratie-fabriek’ El Cheapo.
P.S.: ik dank de site ‘www.kiesjereintegratie.nl’ en de uitgever SWP voor het publiceren van mijn verhaal. Uiteraard dien ik, Pablo Escobar, juridisch te worden aangeklaagd als iemand aanstoot neemt aan mijn openhartige verhaal. De site en SWP zijn slechts de uitgevers die mijn verhaal publiceren.’ (PB)
|